afb. Mosmans, 1935
C. Peeters, 'De Sint Janskathedraal 's-Hertogenbosch' (1985) 250, 281
|
Zwikreliëf Z34 toonde tot de restauratie van 1917 twee goed bewaarde figuren, staande op twee nauwelijks verweerde consoles (Z34). De linker console is versierd met een zittende vrouw die een bloemenkrans om draagt en een banderol op haar schoot heeft liggen. De grote figuur erboven draagt hoge, puntige schoenen die versierd zijn met een dubbele gesp waarop een bloemmotief. De figuur draagt nauwe hozen met een knopengulp en een gordel die bestaat uit schakels in de vorm van grote rozetten. Aan de gordel hangt aan de voorzijde een klotendolk. Ook de wambuis had een knopendichting met een eenvoudige kraag en onder aan de mouwen zijn reeksen knoopjes bevestigd. In de rechter hand houdt de man een voor een groot deel afgebroken wapen omhoog, mogelijk een knots, terwijl hij in de linker hand een klein rond schild, een rondas vasthoudt. Zijn baardige gezicht is nog goed bewaard, maar van de wijd krullende haren en de bonnet die hij draagt zijn slechts fragmenten en de afdrukken over. De rechter figuur staat eveneens op een console die versierd is met een zittende vrouw. Zij heeft vlechten, een bloemenkrans rond haar hoofd en een banderol in de hand en op schoot. De man erboven draagt puntschoenen met op de wreef een versiering in de vorm van een kruis. Verder draagt ook hij nauwe hozen met knopen en een gordel die vermoedelijk uit een harig vlechtwerk bestaat. Aan de gordel hangt wederom een klotendolk. Verder is er een met de linker figuur vergelijkbare wambuis en is nog net zichtbaar dat ook hier een rij kleine knopen onder de mouwen is aangebracht. De linkerarm is vrijwel geheel verdwenen, maar de hand voor de borst is bewaard en deze omklemt het handvat van een slagwapen waarvan verder alleen de afdruk nog te zien is. Ook de rechter onderarm is afgebroken, maar het is wel zichtbaar dat deze, net als de linker figuur, een voorwerp naar voren heeft vastgehouden. Het hoofd tenslotte is alleen nog als afdruk zichtbaar en hieruit is slechts af te leiden dat de figuur een wijd uitstaande bos haren moet hebben gehad. Of er in detail nog aanwijzingen zijn geweest voor de bloemenkrans die de restauratoren hier hebben bedacht, is helaas niet bekend. | 195 |
|
Smits zag de afgebroken knotsen voor zwaarden aan, en daarmee de mannen voor “paradeerende ridders”.140 Mosmans had de plastieken wel van dichtbij gezien en vraagt zich af wie zijn afgebeeld: “Zijn het stedelijke wachten? orde bewaarders? dienaars van de korte stokken?”.141 Enkele jaren later noemt hij ze “twee goed gesitueerde burgers in parade-pose, in hoofdzaak niet met scherp gewapend, doch slechts met knods en rondas”.142 Ten opzichte van zijn eerste verklaring zijn de engelen op de consoles plots kinderen geworden en de wachters zijn veranderd in verklede burgers. De vergezochte duiding past wederom in de totaal-verklaring die Mosmans zocht voor het beeldhouwwerk aan de oostzijde van de kerk. Veel meer dan dat er gewapende mannen zijn uitgebeeld, is er objectief niet over het reliëf te zeggen. Hoewel Peeters anders beweert, werd het reliëf in 1917 niet partieel, maar integraal vervangen door een kopie in tufsteen.143 Hoewel een deel van het beeldhouwwerk ogenschijnlijk goed was behouden, was het kennelijk niet goed genoeg meer om het in situ aan de kerk te handhaven. In tegenstelling tot andere vervangen reliëfs werd het originele beeldhouwwerk niet bewaard.144 Alleen de linker kraagsteen, ‘vrouw met banderol’, bleef behouden en is sedert 1985 in de bouwloods tentoongesteld.145 | 196 |
| Noten | |
| 140. | Smits 1907, 169. |
| 141. | Mosmans 1931, 295. |
| 142. | Mosmans 1935, 152-153. |
| 143. | Peeters A 1985, 250. |
| 144. | Van de linker figuur op het reliëf bleef in de bouwloods een zwaar gehavend gipsafgietsel bewaard; het inventarisnummer is onbekend. |
| 145. | Koldeweij 1989, 106-107. Bouwloods i-62. |
Ronald Glaudemans, De Sint-Jan te 's-Hertogenbosch : Bouwgeschiedenis en bouwsculptuur 1250-1550 (2017) 195-196
|
Frontaal J vertegenwoordigt den minst-professioneelen trap der middeleeuwsche locale soldatesca. Zij stelt voor twee goed gesitueerde burgers in parade-pose, in hoofdzaak niet met scherp gewapend, doch slechts met knods | 152 |
|
en rondas. Van de twee kinderfiguurtjes onder de consoles, vouwt het eene (m.i.) een privilegiebrief open en wijst het andere op een beschreven recht. Dáárvoor wilden de poorters, als 't moest, te hoop loopen. (afb. J) | 153 |
Jan Mosmans, ''s-Hertogenbosch 1185-1935' (1935) 139-156
| 1931 |
Jan MosmansFrontalen van het priester-choor (No. 11)De St. Janskerk te 's-Hertogenbosch (1931) 295-296 |
Ronald Glaudemans, Het hoogkoor : De wimbergreliëfs (2010) 59-64
Ronald Glaudemans, De Sint-Jan te 's-Hertogenbosch : Bouwgeschiedenis en bouwsculptuur 1250-1550 (2017) 195-196
Ronald Glaudemans, Sint-Janskathedraal : Bouwhistorisch onderzoek 1999-2008 (2010) 116-117
C. Peeters, De Sint Janskathedraal te 's-Hertogenbosch (1985) 250, 281
C.F.X. Smits, De Kathedraal van 's Hertogenbosch (1907) 169, plaat XIII